zaterdag 30 april 2011

Perm-36 vrijdag 29 april












Terwijl de rest van de wereld zich vergaapte aan het huwelijk van Kate en William, reed ik door uitgestrekte bossen, schitterende met ijs bedekte rivieren en meertjes, godverlaten dorpjes met houten huizen en waande me haast Martin Heylen op zijn reis door Siberië. Ok, Siberië begint pas aan de andere kant van de Oeralbergen, maar ook hier aan de Europese kant van dat gebergte is de natuur behoorlijk indrukwekkend en kan je proeven van de immense omvang van Rusland. Tijdens de nachtelijke vliegtuigreis die me naar Perm bracht, was het opvallend hoe er haast nergens op de uitzondering van enkele kleine stipjes en de stad Perm zelf na, licht te bespeuren was in dat onmetelijke landschap onder ons.

Misha, mijn reiscompagnon voor de uitstap, drukte de gaspedaal stevig in, want we moesten meer dan 100km afleggen naar onze bestemming. Hij ratelde aan 1 stuk door, net zoals toen hij mij om 3 uur 's nachts kwam oppikken aan de luchthaven en hij mij toen ik zowat omver van de vermoeidheid enthousiast begon te vertellen over zijn ideeën over de politieke situatie in Rusland. Maar toen ik hem vroeg of het op onze bestemming inderdaad zo emotioneel zwaar zou zijn als verschillende andere mensen mij hadden gewaarschuwd, viel zijn geratel stil. Hij moest bekennen dat hij er zelf nog nooit was geweest. Hij toonde mij een uitermate beperkt afgeprint reisplannetje en toen realiseerde ik mij dat ik de rol van co-piloot kreeg toebedeeld op deze trip. Ik die anders steeds blindelings vertrouw op mijn gps als ik naar een nieuwe bestemming moet rijden en door Manlief een hopeloos geval wordt genoemd inzake kaartlezen. Nu dat zou deze keer het probleem niet zijn, want een wegenkaart had Misha niet. Met dat schamele papiertje waarop hooguit 4 stadjes of dorpjes stonden aangegeven zouden we het moeten stellen. Veel keuze aan wegen was er niet en toen we bij een groot kruispunt kwamen was ik diegene die de kleine wegwijzer naar "Perm-36" meteen had gezien. Hoe dichter we
View Larger Map">Kutchino, het dorp waar Perm-36 is gelegen, naderde, hoe slechter de weg werd. Op het einde was het niet veel meer dan een stofferige onverharde weg. Er doemde opeens een dorp op waar ik kinderen zag spelen en ik vroeg me af waar de mensen die hier zo afgelegen woonden, van leefden en waar hun kinderen naar school gingen.
Maar veel tijd om me met die vragen bezig te houden kreeg ik niet, want we stonden meteen voor de poort van het museum waar een vrouw ons stond op te wachten. Onze komst was duidelijk aangekondigd en ik werd hartelijk verwelkomd als een eregast. Toen begon onze privé- rondleiding in een mengeling van Engels, Russisch en Frans en moest ik verschillende keren mijn best doen om tranen door te slikken. Natuurlijk had ik de werken van Solzjenitsyn gelezen, vele verhalen over de verschrikkingen van het GOELAG systeem gehoord, maar daar zo midden in zo'n kamp staan achter de verschillende rijen prikkeldraden en afsluitingen, de dichtgetimmerde ramen zien die moesten verhinderen dat de politieke gevangenen enig glimp van daglicht zouden opvangen, de erbarmelijke bedden, de foto's van toen, de tentoongestelde voorwerpen en bijhorende uitleg,... dat raakt een mens tot in het diepst van zijn ziel. Je wordt er beurtelings stil, boos en verdrietig van van alles wat je daar ziet, hoort en voelt.
In het GOELAG kamp Perm-36 (dat slechts 1 van de verschillende GOELAG kampen in de buurt van Perm was), zaten zelfs in de tijd van perestroika nog mensen gevangen voor "anti-Sovjet propaganda"!
Het zou geen slecht idee zijn om van een bezoek aan Perm-36 een verplichte schooluitstap te maken voor Russische scholieren. Niet alleen de jongere generatie, maar ook de oudere generaties zouden hier met eigen ogen kunnen zien welke verschrikkingen er gebeurden onder Stalin, de man die door vele Russen toch nog steeds als een held wordt gezien. Helaas hebben noch Poetin noch Medvedev al een voorbeeld gesteld. Geen van beiden zijn al in Perm-36 op bezoek geweest. Wie deze zomer wel een bezoek plant is Gorbatsjev.
Hij zal er net als andere bezoekers wellicht ook onder de indruk zijn. Het waren vooral kleinere details die me het meest aangrepen tijdens de rondleiding, bijvoorbeeld toen de gids bij het tonen van de kledij vermeldde dat zo'n uniform meestal door heel wat verschillende gevangen kon worden gedragen vooraleer het versleten was, omdat de gevangenen vaak al snel omkwamen door de zware dwangarbeid, honger en kou en het kostuum dus vaak al na amper 6 maanden aan een nieuwe gevangene werd doorgegeven. Of toen de gids in de piepkleine keuken van het bezoekerskwartier van de politieke gevangenen toonde hoe echtgenotes die op bezoek mochten komen, boodschappen uit de buitenwereld voor hun man in het deeg schreven voor ze iets in de oven stopten.
Aanvankelijk was het een strafkamp waar gevangenen hout moesten hakken in de bosrijke omgeving. Er zaten zowel criminelen als mensen die door Stalin werden bestempeld als 'vijanden van het volk', zoals koelakken of Ivan Boerylov (zie foto) een eenvoudige imker die het had gedurfd om in 1949 op het stembiljet waarop je alleen voor de door de Communistische Partij aangeduide kandidaat kon stemmen te schrijven "komedie" en daarvoor 7 jaar naar het strafkamp werd gestuurd.
In de jaren '70 (dus ruim na de dood van Stalin) werd het kamp omgevormd tot een kamp exclusief voor politieke gevangenen van het zogenaamde 'strengste regime', wat betekende dat hier politieke gevangen terecht kwamen die reeds eerder hadden vastgezeten en opnieuw waren veroordeeld voor de verderzetting van hun politieke dissidentie. Deze gevangen moesten ook arbeid verrichten, maar mochten in de allerstrengste condities zelfs het gebouw waarin ze verbleven niet verlaten. Ze sliepen aan de ene kant en moesten aan de andere kant van het gebouw werken. Het daglicht kregen ze amper te zien, behalve vanop een heel klein koertje waar ze af en toe een stukje van de lucht konden zien. Zij kregen meestal een kampstraf van 10 jaar. Gevangen die zich niet aan de regels hielden of de opgelegde werkquota niet haalden, werden in de isoleercellen geplaatst. Die cellen waren werkelijk het allerakeligst. Als je daarbij dan bedenkt dat het daar vaak de stenen uit de grond vroor en dat ze er amper eten kregen, vraag je je af hoe mensen dit hebben overleefd zonder dood te gaan van honger, kou of gewoon compleet gek te worden. En toch zijn er zulke overlevers, zoals oa. Leonid Borodin, Ivan Kovalev en Levko Lukyanenko. Dit zijn slechts enkele namen van ietwat bekendere dissidenten die het hebben overleefd. Er zijn echter vele, vele duizenden anderen die de GULAG kampen niet hebben overleefd. Op de meer dan 100km lange terugrit van Kutchino naar Perm, zat ik stilzwijgend aan hen te denken.